Navigatie

vrijdag 23 december 2011

Kerstfeest en besparen

Het is weer kerstfeest, miljoenen lichtjes branden, warm in huis, een top maand voor de energie bedrijven. Nu de winter nog dan worden alle records weer gebroken als het gaat om energieverbruik, kerstinkopen en supermarktverkoop. Het hele jaar denken we er over om minder te gebruiken, maar nu even niet! Ook zelf ben ik een van u. Crisis noemen we dat, maar het is natuurlijk onzin als je deze cijfers hoort.

Dit is geen oproep voor een sobere kerst, maar wel om bewust te worden van wat er gaande is. Met zijn allen roepen we te pas en te onpas dat het crisis is, ja bij sommigen van ons.

Natuurlijk gaat het hier en daar minder en ja we moeten meer moeite doen voor hetzelfde resultaat, maar is dat erg? Wellicht een idee om volgend jaar het hele jaar bewuster te gaan ondernemen en leven. Bijvoorbeeld duurzaam rijden, anders verwarmen, anders verlichten, meer produceren met minder energie! Om deze nieuwjaarswensen om te zetten in concrete daden staan we u graag weer bij vanaf 2 januari à.s. Voor nu goede feestdagen.

Douwe Faber

Pioniers vergisting onmisbaar naar duurzame innovaties

Reactie op opiniestuk Leeuwarder Courant: "Gooi alleen mest in de vergister"
(Zie onder deze reactie het originele opiniestuk)


Terecht geeft dhr. Van der Meulen aan dat tien jaar geleden dat mestvergisting nog de meest belovende tweede tak leek te worden voor de Nederlandse veehouderij. Door diverse oorzaken is in de praktijk gebleken dat het rendement te wensen overlaat. (zie ook benchmark vergisting 2010 door Rabobank: “rendement door markt in verdrukking!”). Wanneer deze pioniers onvoldoende worden ondersteund, dreigt (co)-vergisting een eenzame dood testerven, wordt opgedane kennis ervaring (wederom) weggegooid en wordt de stap naar het volgende innovatieniveau te groot. Het volgende innovatieniveau is niet alleen nodig om milieudoelstellingen te behalen het is ook nodig om uiteindelijk tot een nieuwe groene economie te komen. Een groene economie, waar niet constant subsidies in gepompt wordt en juist in krimpgebieden zorgt voor duurzaamheid en werkgelegenheid.
De pioniers hebben ervoor gezorgd dat de kinderziektes uit de systemen zijn, dat processen stabiel kunnen draaien, dat er veel kennis is opgedaan en gedeeld, etc., etc.. dit alles heeft meer leergeld gekost dan was voorzien. Wanneer deze ondernemers aan hun lot worden overgelaten verdwijnt een innovatiestap die onmisbaar is om tot het volgende innovatieniveau te komen.
In de afgelopen 10 jaar is volop gewerkt aan innovaties aan de “voor- en achterkant” van de vergistinginstallatie. Er is nog voldoende organisch restmateriaal die door beperkte regelgeving niet gebruikt mag worden. Voorhydrolyse en toevoegen enzymen aan het proces zijn slechts 2 voorbeelden om meer biogas te genereren uit hetzelfde materiaal. Akkerbouwers weten digistaat te waarderen en vragen om meer. Scheidingsmethoden zullen ervoor zorgen dat mineralen op de juiste wijze kunnen worden aangewend dat uiteindelijk leidt tot vervanging van kunstmest.
“Boer zoekt zwembad”, dhr. Van der Meulen refereerde  hier al naar, is al een vorm van de volgende innovatie, zeg maar vergisting 2.0! Overtollige warmte van elektriciteitsproductie benutten, in dit geval voor verwarming van een zwembad levert een win-win situatie op voor boer en gemeente. (opm: dit zou verplicht moeten worden gesteld bij alle elektriciteit producerende installaties waar warmte bij vrij komt!) Groen gas maken en invoeden op het grote opslagsysteem dat aardgasnetwerk heet, levert een hogere efficiënte op indien de warmte niet benut kan worden.
De beoogde biogasleiding van Dokkum naar Leeuwarden ontsluit niet alleen de reeds operationele vergisters maar ook vele melkveebedrijven die alleen mest kunnen vergisten. Hierdoor snijdt het mes aan 2 kanten: voorkomen van emissie en productie van duurzame energie. Vergiste mest, of te wel digistaat, heeft een kunstmestachtige werking en levert daardoor voordeel op bij de boer. Wanneer de stroeve Wet&Regelgeving nu ook eens mee zou werken…….
De toekomst zal zich richten op groene economie, zeg maar vergisting 3.0. Nieuwe grondstoffen worden geteeld, bijvoorbeeld zeewier voor micronutriënten of algen voor omega 3 en 4. Het resterende organische materiaal is uitermate geschikt voor vergisting. De geproduceerde energie wordt benut voor elektriciteit, warmte en mobiliteit en mineralen worden weer gebruikt om nieuwe teelt te kweken. Fixie? Welnee, met de juiste innovaties volledig haalbaar maar niet zonder de voorafgaande innovaties!!
Gerke Draaistra
Ekwadraat

(Opiniestuk) Gooi alleen mest in de mestvergister

Boeren met een mestvergister beleven moeilijke tijden. Bij een aantal bedragen de verliezen vele tienduizenden euro’s. De stelling van vandaag: alleen vergisters zonder bijproducten hebben toekomst.
AAN DIRK VAN DER MEULEN
Als hij in de toekomst had kunnen kijken, had boer Symen Tamminga nooit geïnvesteerd in een mestvergistingsinstallatie. ,,Het is me stevig tegengevallen”, zegt de Leeuwarder melkveehouder. De vergister leverde hem meer werk op dan verwacht, meer storingen dan verwacht en duurdere bijproducten dan verwacht.
De vergister van Tamminga draait nog maar op halve kracht. Als zich een koper aandient voor de warmtekrachtkoppelinginstallaties (wkk), zijn ze verkocht. Alleen stroom produceren met mest van het eigen bedrijf is bij deze vergisters geen optie. Ze zijn gebouwd op een combinatie van mest en bijproducten (maïs, bietenpuntjes, afval uit de voedingsmiddelenindustrie) en worden daarom ook wel co-vergisters genoemd. Deze bijproducten moeten de geringe biogasopbrenst van mest, circa 40 kubieke meter per ton, compenseren. Zo levert maïs ruim 200 kuub op en glycerine zelfs 800 kuub. Maar zoals vaak bij veelgevraagde producten is sprake van een stevige prijsverhoging die een rendabele exploitatie onder druk zet. 
Opmerkelijk deze ontwikkeling. Tien jaar geleden leek mestvergisting nog de meest veelbelovende tweede tak te worden voor de Nederlandse veehouderij. Makkelijk geld verdienen met weinig arbeid. Boeren die voedsel en groene energie produceerden, werden gezien als de ware duurzame ondernemers.
Het pakte allemaal anders uit. Financieel maar ook maatschappelijk. Boeren die maïs in een vergister stoppen worden nu toch een beetje beschouwd als medeveroorzakers van hoge voedselprijzen.
De oorzaak van deze malaise vormen de verschillende subsidieregelingen in Nederland en het buitenland. Doordat Duitse boeren een hogere groene stroomprijs beuren, kunnen ze meer betalen voor bijproducten. Dat geldt ook voor Nederlandse boeren die toevallig ingeloot zijn bij een wat gunstiger regeling.
Ook de komst van nieuwe energiecentrales speelt deze jonge bedrijfstak parten. De stroomprijs is daardoor veel minder gestegen dan verwacht. Vooral de pioniers van het eerste uur, zoals Tamminga, zijn hiervan de dupe omdat ze een vast subsidietarief ontvangen.
Pleiten voor hogere subsidies is niet reëel. Dit kabinet wil zo goedkoop mogelijk zoveel mogelijk duurzame energie opwekken. Energieminister Maxime Verhagen schrijft een soort subsidietenders uit per opbod, net zo lang tot het beschikbare budget is opgesoupeerd. Groene energie met de laagste kostprijs komt als eerste aan bod. De praktijk wijst uit dat mestvergisting daar niet bij zit. Biogas winnen uit stortgas, rioolwaterslib of organisch afval is verreweg het goedkoopst.
Voorstanders van mestvergisting stellen dat deze energiebronnen bij lange na niet afdoende zijn om te voorzien in de toenemende vraag naar groene stroom en groen gas. Biogas uit mest en bijproduct is een goede tweede. Ook benadrukken ze dat de verdiensten goed zijn als er een bestemming gevonden wordt voor de warmte die vrijkomt bij de stroomopwekking. Door deze bijvoorbeeld in te zetten voor het verwarmen van een zwembad, zoals pluimveehouder Luuk de Boer gaat doen in Stiens. 
Ook als het biogas omgezet wordt in groengas, zou het energetische model met sprongen vooruit gaan. Als Europa er ook nog eens mee instemt dat het digistaat, de restsubstantie na vergisting, aangemerkt mag worden als een kunstmestvervanger, ziet het plaatje er ineens een stuk gunstiger uit. Boeren hoeven dan minder mest af te zetten, minder kunstmest te kopen en kunnen het resterende digistaat te gelde maken.  
Dat laatste lijkt de meest heilzame en duurzame weg. Mest en afval van het eigen bedrijf benutten voor biogas en kunstmestalternatieven. Met minder grote en dus minder dure installaties. Het gesleep met maïs, glycerine en andere biomassastromen naar boerenerven is een heilloze weg, waar alleen de handelaar in biomassa beter van wordt. Nederland telt nu honderd agrarische ondernemers met een co-vergister die allemaal azen op bijproducten. Het laat zich raden wat de prijs gaat doen als duizenden veehouders zo’n vergister aanschaffen.
Ook de zuivelsector zou een bijdrage kunnen leveren aan de mestvergister. De sector heeft de overheid beloofd om de CO2-uitstoot met minimaal 30 procent te reduceren. Door mest te vergisten valt de methaanuitstoot, een agressief broeikasgas, een stuk lager uit. Dat gegeven zou de zuivel in de markt te gelde moeten maken, bijvoorbeeld door het biogas te benutten voor het melk- en zuivelvervoer.

woensdag 30 november 2011

Groene Economie op eigen benen?

De komende twee weken is het Zuid-Afrikaanse Durban klimaathoofdstad van de wereld en is het toneel voor de onderhandelingen over het inperken van de CO2-uitstoot. De klimaatconferentie werd afgelopen maandag officieel geopend met een toespraak van de Zuid-Afrikaanse president Jacob Zuma en duurt tot 9 december. Ondanks de onderkende noodzaak tot het maken van afspraken (De Kyoto afspraken lopen volgend jaar af) zijn de verwachtingen niet hoog gespannen. Keer op keer blijkt het niet mogelijk om op een dergelijk hoog politiek niveau bindende afspraken te maken en de afgelopen klimaattoppen in Kopenhagen en Cancun waren dan ook een flop. Ook nu is al weer duidelijk dat de VS, Rusland en Japan zich niet zullen binden aan al te ver gaande afspraken.
Deze week hoorde ik een cabaretier dan ook de grap maken dat “de enige afspraak die in Cancun gemaakt is, is dat we elkaar volgend jaar weer zien in Durban”.

Moeten we ons nu laten ontmoedigen wanneer de wereldleiders geen afspraken kunnen maken over een dergelijk nijpend probleem? In mijn optiek niet. De problematiek van klimaatverandering en de eindigheid van fossiele energiebronnen vraagt ook om een andere economie. Een economie die is gebaseerd op sluitende energieketens en optimale benutting van duurzame energiebronnen. Deze economie levert arbeidsplaatsen, kennis en continuïteit. De Groene Economie heeft volgens Ekwadraat de toekomst. Durban of geen Durban.

Hielke Westra
manager operations - senior adviseur

donderdag 3 november 2011

Duurzaam geld oogsten

Laatst was er iemand die tegen mij zei: “duurzaam is een combinatie van duur en langzaam”. Volgens hem is dit de beleving bij veel mensen.  Afgelopen week heb ik postzegels gekocht bij een locale supermarkt. De dame achter de balie vroeg vriendelijk: “wilt u groene zegels of gewone”. “Wat is het verschil?” vroeg ik, waarop ze antwoordde: “ze zijn niet duurder dan gewone zegels, gek eigenlijk. Dus zal het ook wel niet veel duurzamer zijn”.

Moet duurzaam dan ook duur zijn? Volgens mij niet. We moeten onze blik aanpassen en op een andere manier gaan denken. Een voorbeeld vanuit mijn eigen persoonlijke situatie.

Sinds februari dit jaar liggen zonnepanelen op mijn dak. Deze installatie levert ongeveer 50% van mijn huidige elektriciteitsverbruik, namelijk 1100 kWh. Velen in mijn straat geven aan dat elektriciteit uit zon zich niet terugverdient. Hierbij mijn andere kijk op de situatie.

De fabriek van zonnepanelen geeft een garantie van 20 jaar op de panelen. Dit betekend dat mijn installatie 20*1100 = 22.000 kWh gaat produceren in deze periode. Laten we dit afronden op 20.000 kWh. 1 kWh kost nu ca. 23 cent. Dus 20.000 kWh kost € 4.600,-. Ik zeg: dan mag de installatie ook €4.600 kosten!  In de praktijk is de installatie significant goedkoper. Natuurlijk kan ik dit geld ook op een spaarrekening zetten. Hier ontvang ik een rente van 2 tot 2,5%. De gemiddelde inflatie van energie is de afgelopen tientallen jaren ongeveer 6% geweest. Kan ik dan de conclusie trekken dat ik meer verdien aan mijn duurzame energie installatie, dan aan het sparen bij één van onze banken.

Mijn mening: Ja.

Folkert Linnemans
business development manager - senior adviseur

maandag 17 oktober 2011

Bewustwording sleutel tot rendabele energiebesparende innovaties

Energie-experts bieden directies interessante keuzes in tijden van financiële turbulentie

Tijdens het openingsdebat van Energie2011 sprak ik met 120 energie-experts en energiemanagers over geld verdienen met energie besparen. De conclusie van deze bijeenkomst, genaamd Energy Future Circle, luidde dat investeren in energiebesparing juist in tijden van financiële turbulentie een interessante keuze is. Om deze boodschap kracht bij te zetten, overhandigde dagvoorzitter Jan Douwe Kroeske om vijf voor twaalf een vijftal aanbevelingen aan Chris Rutten, voorzitter van de Kamer van Koophandel Zuidwest-Nederland. Met deze symbolische handeling werd de zevende editie van de Energievakbeurs officieel geopend.

De Energy Future Circle, onderdeel van het Energy Future programma, richtte zich met het thema verdienen met energiebesparing op de (zware) industrie en de gebouwde omgeving in Nederland. Ondanks dat Nederlandse bedrijven toegang hebben tot direct inzetbare energie-innovaties, vond drie kwart van het aanwezige publiek dat bedrijven te afwachtend zijn als het gaat om het investeren in energie besparen. In de top 5 aanbevelingen die tot stand kwam tijdens deze Energy Future Circle worden bewustwording en het betrekken van medewerkers genoemd. Vooral het direct zichtbaar maken van de effecten van energiebesparende maatregelen wordt als noodzakelijk gezien. “Energiebesparing gaat bij ons pas echt goed werken als de operators in de raffinaderij de effecten meteen op hun beeldscherm zien,” aldus Frans Dumoulin, technology manager van de Shell raffinaderij in Pernis.

Gerard Wortman, senior projectleider duurzame huisvesting bij de Rijksgebouwendienst, stelt vervolgens dat de huidige energiebesparende maatregelen in de gebouwde omgeving nu vooral gericht zijn op het object zelf, maar dat maatregelen effectiever worden als deze op gebiedsniveau worden ingezet.

Ik zie ook een belangrijke rol weggelegd voor de Nederlandse overheid. De gisteren door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie aangekondigde ‘Green deals’ zijn interessant, maar wanneer de overheid hier een consistent beleid aan toevoegt gaat de markt pas echt aan de slag. Chris Rutten, die namens de Kamer van Koophandel de top 5 in ontvangst nam, onderschrijft het belang van bewustwording bij het Nederlandse bedrijfsleven. “Innovatie is een onmisbare schakel in het gebruik van duurzame energie. Als Kamer van Koophandel ondersteunen wij daarom startende ondernemers op het gebied van innovatief energiegebruik. Wij informeren hen over maatregelen die zij kunnen nemen om energie te besparen en daarmee geld te verdienen" aldus Chris Rutten.

De top 5 van aanbevelingen luidt als volgt:

1. Toepassen van duurzame energie
2. Bewustwording genereren en medewerkers betrekken
3. Zichtbaar maken van energie besparen
4. Dubbele beglazing
5. Uitwisselen – opslaan van energie

Energy Future Circles
Onder leiding van Jan Douwe Kroeske gingen we met elkaar en het publiek in gesprek over de toekomst van energie. Hierbij staan de laatste technologische innovaties en ontwikkelingen op het gebied van energie centraal. Tijdens deze interactieve bijeenkomst, die plaatsvond op de energievakbeurs, stemde het aanwezige publiek op stellingen en reageerden de experts, waaronder ik, op de uitkomsten. De Energy Future Circle is een onderdeel van het Energy Future programma, een initiatief van Shell Nederland. Dit programma is voor iedereen die geïnteresseerd is in de huidige en toekomstige energievoorziening en bestaat uit de website Energyfuture.nl, de informatieve film ‘Energy Future’, de Energy Mixer en de Energy Future Circles.

Dit soort dagen dragen bij aan kennisdeling op het gebied van duurzame energie, een initiatief waar we duurzaam Nederland mee maar een hoger niveau tillen.

Douwe Faber
managing director

woensdag 21 september 2011

Zelfvoorzienend… een doel op zich?

Fryslân Doc zendt op zondagmiddag 18 en 25 september in twee delen een documentaire uit over de duurzaamheidsambitie van de Waddeneilanden. De documentaire is ook terug te vinden op Uitzending gemist. Ekwadraat heeft samen met Grontmij mee mogen werken aan het schrijven van het stappenplan om in 2020 zelfvoorzienend en duurzaam te zijn.

Zelfvoorzienend is een schijnbaar nobele doelstelling. De eilanden zijn daarmee in staat om in haar eigen water- en energievoorziening  te voorzien. Op het eerste gezicht is daar niets mis mee.
De documentaire legt echter al snel de dilemma’s bloot waar de eilander bevolking tegen aan loopt. Waar begint en eindigt zelfvoorzienendheid? Moet ieder eiland volledig zelfvoorzienend zijn of is het ook voldoende wanneer de eilanden gezamenlijk zelfvoorzienend zijn? Een andere vraag die gesteld mag worden is of zelfvoorzienend wel de meest efficiënte route is. Zo is windenergie op het eiland een moeizaam traject vanwege de problematiek rondom de landschappelijke inpassing. De investering in een groot windmolenpark ver op de Noordzee daarentegen is relatief veel lager. Dus waarom geen groot windmolenpark ver uit het zicht dan?

De wens om zelfvoorzienend te zijn wordt dan ook ingegeven vanuit andere motieven dan alleen duurzaamheids- en financiële afwegingen. Door duurzaam zelfvoorzienend te zijn wordt verwacht dat dit een positief effect heeft op het toerisme; een van de belangrijkste inkomstenbronnen op de eilanden. Een ander argument is dat je tegenwoordig moet laten zien hoe en waar de energie wordt opgewekt (local for local). Daarmee wordt de wens om zelfvoorzienend te zijn legitiem en daarmee een doel op zich.

De opgave wordt daarmee niet eenvoudiger. Om deze doelstelling te realiseren zullen concessies gedaan moeten worden aan bestaande waarden.  Monumentale panden moeten ook voorzien kunnen worden van zonne-panelen en misschien moet die windmolen er dan toch komen?

Van ons allen vraagt het moed om dit offer te brengen, maar zijn we er ook toe bereid?

Hielke Westra
manager operations - senior adviseur

maandag 22 augustus 2011

Alles is relatief….

Terwijl de wereldleiders (in een aantal landen specifiek) volledig in de ban zijn van staatschulden, leningen, financiële reddingsoperaties etc., gaan initiatiefnemers om duurzame energie te produceren door met hun plannen…

Terwijl een van de grootste oliemaatschappijen laatst in de krant bekend heeft gemaakt dat er (weer) miljarden winst is gemaakt en in hetzelfde artikel opsomt welke investeringen worden gedaan in nieuwe (fossiele) initiatieven, zijn er (nog steeds) ondernemers die met beperkte ondersteuning vanuit Den Haag tijd en geld steken in het ontwikkelen van duurzame energieprojecten.

Terwijl er (inter)nationale doelstellingen geformuleerd zijn om het energieverbruik te verminderen wordt er een substantiële stijging van het energieverbruik verwacht in de komende jaren.

Vaak gaat de realisatie van een project voor duurzame energieproductie gepaard met hindernissen (vergunningen, financiering, exploitatiesubsidie, etc.). Ondernemers die ondanks dat toch doorzetten verdienen naar mijn mening veel waardering. Zij zijn uiteindelijk de partijen die ervoor gaan zorgen dat (een gedeelte van) de milieudoelstellingen gehaald zullen worden. Er zijn genoeg redenen te bedenken om niet te starten met een dergelijk initiatief of een reeds gestart initiatief te stoppen. En toch zijn er ondernemers die hiermee doorzetten. Reden: bedrijfsrisicospreiding, economische drijfveer, moralistische overweging, misschien wel verplichtingen. Eigenlijk doet de reden voor het grote geheel er niet toe. Veel belangrijker is dat de ontwikkeling zich voortzet.


Fossiele energie is eindig,
Fossiele energie veroorzaakt milieuvervuiling
Fossiele energie veroorzaakt verhoging broeikaseffect


Groeiende vraag naar energie zal bovenstaande feiten versterken!

Productie van duurzame energie is noodzakelijk!

Wachten we tot de grote oliemaatschappijen de wereld hebben “leeggeroofd” van alle fossiele energie waarmee (nog meer)miljarden winst wordt opgestreken? Wachten we op het moment dat de klimaatveranderingen  leidt tot wetenschappelijk aantoonbare rampen? Wachten we op het moment dat onze, van energie doordrenkte economie, zich volledig afhankelijk heeft gemaakt van externe energietoeleveranciers, wellicht uit instabiele landen? Wachten we op het moment dat (uiteindelijk) vastgesteld wordt dat de (inter)nationale klimaatdoelstellingen niet gehaald worden? Wachten we op…

Waar wachten we eigenlijk op?

Mijn mening is dat we NU duurzame energieproductie georganiseerd en gerealiseerd moeten zien te krijgen. Dit is praktisch mogelijk, ook met (nieuwe) economische ontwikkelingen. De vraag voor iedereen:

Maken we ons met z’n allen voldoende zorgen dat de volgende generaties ook nog een bestaan hebben op deze aarde, of is dit slechts een relatief klein probleem t.o.v. de financiële malaise waar de wereld zich nu in bevindt?

Zegt u het maar!


Gerke Draaistra 
manager operations - senior adviseur

dinsdag 26 juli 2011

Crisismaatregelen in plaats van lange termijn investeringen!

Er wordt een gigantisch bedrag uitgetrokken voor steun aan Griekenland. Meer dan 100 miljard voor het afwenden van een economische crisis in de eurozone. Blijkbaar is het mogelijk astronomische bedragen vrij te maken voor dreigende crises. Dat is goed nieuws. Waarom? Omdat de te verwachten energie- en klimaatcrisis een groter effect op onze economie zou kunnen hebben dan het faillissement van Griekenland en het daarom te verwachten is dat zodra wordt ingezien dat dit effect zal plaatsvinden het mogelijk zal zijn om grote sommen vrij te maken om onze economie duurzaam te maken. Op dit moment wordt door Nederland 1,3 Miljard besteed aan hernieuwbare energie (tegen 1,4 voor fossiele energie, zie het rapport van Ecofys – CE Delft). Vergeleken bij de bedragen voor hulp aan andere economieën een schamel bedrag, en duidelijk nog onvoldoende om de gemaakte afspraken na te komen, laat staan het verduurzamen van de energie-economie echt aan te pakken.

De vraag die dan terecht gesteld wordt is waarom dit nu nog niet gebeurd. Blijkbaar is de noodzaak of het effect van een dergelijke energiecrisis nog niet voldoende onderkend. In Zweden wel. Dat land wil 100% onafhankelijk worden van (externe) fossiele brandstoffen. Waarom niet in Nederland? Een aantal Nederlandse bedrijven hebben nog een groot belang in de fossiele economie, met voldoende mensen in Den Haag om te vertellen dat er nog zat fossiele energie in de grond zit voor jaren (schaliegas en dergelijke).

Het gaat er natuurlijk ook niet om of er energie is, maar of er voldoende gewonnen kan worden om aan de nog steeds stijgende vraag te kunnen voldoen. Zodra dit niet meer het geval is zal de prijs onevenredig stijgen. De vraag is niet of dit gebeurd, maar wanneer? Wie heeft daar belang bij? Alleen de bedrijven die concessies hebben om deze fossiele energie te winnen. Zij zien hun voorraden dan steeds meer waard worden. Het kan ze dan ook niet kwalijk worden genomen dat zij dat belang dienen. Het kan de overheid wel kwalijk worden genomen de oren te veel naar die belangen te laten hangen.

Een positief effect van dergelijke prijsstijgingen is dat de onrendabele top van hernieuwbare energie steeds lager wordt. Het komt dus vanzelf, zou je kunnen zeggen. Het nadeel is alleen dat de technologie ontwikkeling sneller gaat in de landen waar ook een markt is voor de toepassing van deze technologieën. Deze zullen dus voorop lopen bij de nieuwe energie economie, tijdens en na de energierevolutie. Dat zal een positieve weerslag hebben op die economieën die er klaar voor zijn, en een navenant negatieve voor die achterlopen. Nederland zit op dit moment in de achterhoede van de laatste groep. Het wordt tijd om naast de korte termijn crises ook de crises van de toekomst aan te pakken. Hiervoor is wel een visie en stabiel en duurzaam beleid nodig. Tot nu toe heeft dit ontbroken aan het Nederlandse beleid.

Hoe is dit te bewerkstelligen? De overheid blijkt erg gevoelig voor de geluiden uit het Nederlandse bedrijfsleven. Laten we daar gebruik van maken door ook dit geluid vanuit de langere termijnvisie van bedrijven een onderdeel te maken van de visie van Nederland. Er zijn gelukkig steeds meer bedrijven, inclusief multinationals die zien dat een duurzaam bedrijf de enige weg is naar een duurzame toekomst. Zowel voor bedrijf als economie. De opening daarvoor is geboden. De overheid vraagt om Green deals met het bedrijfsleven. Maak daar gebruik van! Laat zien hoe het wel moet.

Met vriendelijke groet,

Mark van Seventer
Internationaal manager - senior adviseur

maandag 27 juni 2011

Een lokale groene economie?

Het groenste gebouw van Nederland, duurzame verpakkingen en groene auto’s. Duurzaamheid lijkt niet meer weg te denken uit ons leven. Elke dag wordt je geconfronteerd met het milieu en duurzaamheid, in commercials, documentaires en folders. Green Deals is het nieuwe toverwoord! Hierin spreken bedrijven en instellingen de activiteiten en doelstellingen af met de overheid.

Waarom eigenlijk? Het milieu? De klimaatverandering? Natuurlijk is dit de basisreden. Maar waarom zet juist deze overheid in op duurzaamheid. Een overheid waar ‘de economie’ voorop staat. De economie is juist de voornaamste reden om in te steken op duurzaamheid. Wanneer we verder gaan dan het creëren van een project met een ‘duurzaam sausje’, en juist gaan kijken naar de locale ketenkansen, ontstaat een ‘groene banenmotor’. Duurzaamheid als basis van een gezonde locale economische ontwikkeling. We kunnen veerboten laten varen op locaal geproduceerd vloeibaar groen gas. Er ontstaat dus een vraag naar duurzame brandstoffen die in de omgeving gemaakt kunnen worden. Hiermee stimuleren we de locale economie en de inzet van duurzame brandstoffen. Naast het produceren van energie, kunnen spinn-off activiteiten rondom de vergister plaatsvinden. Denk aan het oogsten van mineralen, vezels, eiwitten, algen etc. Een volledige keten met een eigen locale economie.

Een ander mooi voorbeeld is het sluiten van de biomassaketen in Beetsterzwaag. Waar Lyndesteyn voorheen werd verwarmd door middel van aardgas, wordt de locale biomassa nu als voornaamste brandstof gebruikt. De houtsingels worden bijgehouden door de agrarische ondernemers en loonwerkers. De biomassa wordt getransporteerd naar de installatie, welke vervolgens onderhouden dient te worden. Allemaal activiteiten die in de omgeving uitgevoerd worden, terwijl we eerst alleen gas uit een leiding haalden.

Zijn er ook kansen in uw regio voor een groene economie?

Met vriendelijke groet,


Folkert Linnemans
business development manager - senior adviseur

vrijdag 10 juni 2011

Hoge inflatie door stijging energieprijs

Als gevolg van 6,5% stijging van de energieprijs voor de consument verwacht het CPB een hoge inflatie dit jaar. Toen ik dit las was het net of had ik een Déjà vu. Ik had en heb geen glazen bol, maar wat hier gebeurt, is een opstapeling van gebeurtenissen. Deze gebeurtenissen zijn al lang bekend. Het is dus een kwestie van een korte analyse.
Olie raakt op, economie trekt aan, vervuiling wordt belast, maatschappij wil groener, dus prijs van energie gaat stijgen. De komende jaren met minimaal 6 – 10% is mijn verwachting. In een tijd als deze, waar bezuinigd wordt en de koopkracht onder druk komt te staan, is het natuurlijk extra zuur.
Ik verbaas me dan ook nog iedere dag dat er bedrijven gebouwen ontwikkelen met een energieverbruik, auto’s kopen op fossiele brandstoffen en dat we dus blijven consumeren. Ieder jaar stijgt onze CO2 footprint in Nederland nog steeds.
Het groene bewustwordingsproces komt met de jaren, net als…………WIJSHEID, inderdaad.
Voor nu een goed pinksterweekend!

Douwe Faber
managing director

donderdag 26 mei 2011

De kroonprins heeft ongelijk

Sociale onrust dreigt als energieprijs explodeert

De kroonprins heeft ongelijk

Prins Willem Alexander heeft het van dichtbij gezien: de ijskappen in het poolgebied smelten. Tijdens zijn recente bezoek aan Groenland deed hij een opmerkelijk aanbod. Als het ijs zich dan toch terugtrekt, wil kennisland Nederland wel helpen om de mogelijkheden voor ontginning van de blootgelegde olie- en gasvelden te onderzoeken.

Het is wrang: de mensheid vervuilt de atmosfeer, ontregelt het klimaat en wil ook nog eens een slaatje slaan uit de dramatische gevolgen. Het moet de vertegenwoordigers van de Nederlandse olie- en gasindustrie, die ook van de partij waren, overigens als muziek in de oren hebben geklonken.
De prins had het raar genoeg over ,,duurzame ontwikkeling’’ van het poolgebied. Waarmee het begrip duurzaamheid zo langzamerhand het meest misbruikte woord in de Nederlandse taal is geworden. Want het exploiteren van fossiele bronnen, in zo’n kwetsbaar gebied, heeft in de verste verte niets met verantwoord en duurzaam handelen te maken. De wereldwijde jacht op olie en gas leidt steeds vaker tot excessen. Is na de milieurampen met de Exxon Valdez in Alaska, het booreiland van BP in de Golf van Mexico en het kernongeval in Fukushima straks de ongerepte Noordpool aan de beurt?
De Groenland-expeditie maakt in elk geval duidelijk dat `van bovenaf’ geen heil valt te verwachten. De kroonprins is kennelijk nog niet los gekomen van de economie van het verleden en zolang de energiesector nog miljarden winst maakt met het plunderen van de fossiele bodemvoorraden, is zij niet geneigd de bakens te verzetten.
De werkelijke revolutie zal dan ook van onderaf komen: het is de consument die de noodzakelijke veranderingen zal afdwingen. Nu al staan automobilisten tandenknarsend bij de benzinepomp, waar ze bijna wekelijks met prijsverhogingen worden geconfronteerd. En dat is nog kinderspel vergeleken met wat er nog staat te gebeuren.
Nu de wereldeconomie opkrabbelt uit de recessie, nadert het moment dat de olieproductie de vraag niet meer kan bijhouden, het zogenoemde `peakoil’. De volgende mondiale crisis wordt een energiecrisis. Ik voorspel dat de prijs van olie en gas de komende tien jaar minstens twee of zelfs drie keer zo hoog wordt.
De gevolgen daarvan worden niet enkel gevoeld aan de benzinepomp. Naast huur en hypotheek zijn de centrale verwarming en de elektriciteitsmeter nu al de grootste kostenpost voor huishoudens.
En waar bijna niemand rekening mee houdt: ook de gewone consumptiegoederen zullen spectaculair duurder worden. De prijs van vrijwel ieder artikel in de winkel bestaat immers voor een aanzienlijk deel, soms meer dan een derde of zelfs de helft, uit energiekosten. Fabrikanten zullen een exploderende energieprijs noodgedwongen doorberekenen in hun producten.
Dat geeft beslist sociale onrust. Consumenten zijn tegenwoordig machtig. Steeds vaker worden artikelen of merken in de ban gedaan als ze niet maatschappelijk verantwoord worden gemaakt.
In Amerika eisen consumenten al met succes groene, duurzame producten. Geen wonder dat internationale bedrijven, zoals onze grootste bierbouwer en ons grootste zuivelconcern, alles op alles zetten om binnen afzienbare termijn klimaat- en energieneutraal te produceren: groene pilsjes en groene glazen melk. De komende jaren wordt energie de leidende factor in economische ontwikkeling. Bedrijven die qua energieverbruik het voordeligst en het groenst weten te produceren, hebben straks het grootste marktaandeel.
Natuurlijk, Nederland verdient veel geld met het winnen van fossiele brandstof en de economie daarachter. Dat trucje hebben we halverwege de vorige eeuw geleerd. Maar waarom gaan we deze kennis niet benutten voor groene en hernieuwbare energie? Laten we bedrijven helpen bij het creëren van duurzame goederen en tegelijk een groene kenniseconomie bouwen.
We kunnen nu al bussen laten rijden op groen gas, hele steden voorzien van duurzame warmte uit geothermie en een locale economie bouwen die volledig drijft op zelf geproduceerde duurzame energie. Zo worden dorpen weer leefbaar en blijft werkgelegenheid behouden. Ons land heeft de technische kennis en beschikt over voldoende best practices om internationaal een koppositie in te nemen.
De vraag is alleen: wanneer dringt het gevoel van urgentie eindelijk door?

Douwe Faber

Douwe Faber is deskundige op het gebied van duurzame energie en auteur van het boek `Groene Parels; duurzame energie ligt op de drempel`. Faber is eigenaar-directeur van Ekwadraat, een landelijk energie-adviesbureau met vestigingen in Leeuwarden, Groningen en Arnhem.

dinsdag 24 mei 2011

Een nieuw gezicht met dezelfde mensen

Vandaag is de start van onze nieuw campagne: “Ook u kunt groene parels oogsten met duurzame energie”. Niet alleen een nieuw logo, maar ook de ingebruikname van onze vijfde groengas auto, de Audi A6, geven aan waar we mee bezig zijn en waar we als bedrijf voor staan. De komende tijd zullen we u informeren over nieuwe ontwikkelingen via onze nieuwe website en social media. U wordt natuurlijk nog steeds op de hoogte gehouden via de vertrouwde weg, onze adviseurs en onze nieuwsbrief.
Graag horen wij uw reactie, vragen en tips! Duurzame energie zit in een transitie proces, Ekwadraat is transitie.

Douwe Faber